Anders kijken naar gedrag
Een kind bevindt zich altijd in een soort web. Het staat in verbinding met zijn of haar omgeving, zowel thuis als in de naaste omgeving. Via de zintuigen ervaart het kind zijn eigen lijf en neemt het kind de wereld in zich op en verwerkt het de informatie in het brein op zijn of haar eigen unieke manier. Het ene kind doet dit wat sneller dan het andere kind. Geen één mensenbrein heeft dezelfde verbindingen in het brein als een ander. O.b.v. het kind zijn unieke (biologische) ontwikkeling bestaande uit eerdere opgedane ervaringen wordt er het in brein van het kind betekenis aan deze informatie gegeven en handelt het kind hier op een bepaalde manier naar. Het kind reageert. Ook kan een kind reageren op eigen innerlijke impulsen en behoeften. Daar waar een kind anders handelt dan dat wij binnen onze maatschappij als normaal beschouwen wordt dit al gauw ‘ongewenst gedrag’ genoemd, maar is de term ‘afwijkend gedrag’ niet beter? We kunnen het later dan altijd nog hebben over wat is normaal en wat is afwijkend. Dat is voor iedereen ook weer anders.
Geregeld heb ik vanuit mijn functie als orthopedagoog te maken met vragen omtrent ‘ongewenst gedrag’. Zowel professionals als ouders stellen mij hier vragen over. De grote vraag die dan logischerwijs naar voren komt luidt: hoe moeten we hier mee omgaan? Samen zoomen we dan in op het gedrag. In mijn opleiding tot orthopedagoog is één ding mij altijd bijgebleven: al het gedrag wat een mens laat zien is een vorm van communicatie en omgekeerd. Inzoomend op de oorzaak van het gedrag heeft het gedrag dus ook een functie. Het kind wil met zijn gedrag eigenlijk iets aan ons vertellen/vragen. Als we er op die manier naar kijken wil ik dan ook het volgende stellen: Laat de term ‘ongewenst gedrag’ los. Een uitingsvorm van een kind dat lijdt kan nooit ongewenst zijn. Een kind laat er mee zien dat het helemaal niet goed met hem of haar gaat. Deze uitingsvorm mogen we het kind niet verwijten, want hij of zij kan misschien in dergelijke stressvolle situaties niet eens leren om dat op een andere manier te doen. Dat maakt dat het gedrag dus niet als ongewenst moet worden beschouwd. Eigenlijk geeft het kind aan ons een signaal af dat het de situatie en/of zijn wereld niet begrijpt. Het gedrag kan in de ene situatie bijvoorbeeld dus ook niet of juist wel aanwezig zijn en daarmee is gedrag dus ook nog eens contextafhankelijk.
In de literatuur* wordt afwijkend gedrag ook wel als volgt omschreven: 1. afwijkend gedrag is een niet geslaagde poging van het kind om evenwicht te vinden met de eisen van zijn omgeving; 2. afwijkend gedrag beschermt het kind tegen een stroom van prikkels die het niet kan verwerken; 3. het kind beschermt zich tegen de stress van de omgevingseisen, die het kind niet aankan en 4. het is een overlevingsstrategie om niet overspoeld te worden.
“Als een kind het jou moeilijk maakt, heeft het kind het juist moeilijk” is een slogan die we ons eigenlijk allemaal steeds voor moeten houden als we het hebben over afwijkend gedrag. Ik weet uit eigen ervaring en ben mij er volledig van bewust dat dit soms heel lastig is om zo naar het gedrag te kijken en hier mee om te gaan, maar de kinderen zijn het wel waard om gedrag vanuit dit perspectief te benaderen.
*Literatuur: Aangeboren en Aangeleerd. Geschreven door H. Holthinrichs (2012).